Opinie

Mobiliteit, de (snel)weg richting welvaart

Met de sneeuwval in januari en de boerenprotesten in de afgelopen weken werd het nog maar eens duidelijk hoe essentieel de mobiliteit van mensen en goederen is voor het functioneren van onze samenleving. Toegankelijke mobiliteit stelt onze bedrijven namelijk in staat om grondstoffen en producten te leveren en maakt het mogelijk voor de burger om te gaan werken en plezier te hebben.

Een ‘slechte’ mobiliteit heeft negatieve gevolgen voor zowel de economie – files kostten ons land in 2023 meer dan 5 miljard euro, 4% meer dan in 2022 (zie Belgische Mobiliteitsdashboard – BMD) – als het individuele welzijn (we verliezen maar liefst 22.350 jaar tijd als we de gecumuleerde stilstand optellen). Kortom, mobiliteit vormt de ruggengraat van handel en industrie, beïnvloedt de werkgelegenheid en heeft een directe impact op de kwaliteit van ons leven en werk.

Duurzame mobiliteit vraagt duurzame oplossingen

Vandaar het belang om mobiliteit simultaan vanuit verschillende invalshoeken te benaderen, en samen met de diverse stakeholders en expertisegebieden te zoeken naar duurzame oplossingen.

Fiscaliteit bijvoorbeeld is een krachtige tool om de keuzes en het gedrag van burgers en bedrijven te sturen en zo de vergroening te stimuleren. Het is een belangrijke hefboom om infrastructuurgebruik te optimaliseren, financiering te ondersteunen en milieuvervuiling te verminderen. Maar belastingen om de belastingen heeft uiteraard weinig zin. Daarom pleiten we voor slimme fiscaliteit (zie onze voorstellen) waarvan de opbrengsten direct worden geïnvesteerd in de verbetering van infrastructuur en vervoersdiensten, op voorwaarde dat die uniform wordt toegepast over het hele land, en voor de afschaffing van taksen op voertuigbezit, zoals de belasting op inverkeerstelling en de verkeersbelasting.

Als we in ons land effectief het file-infarct en de mobiliteitsproblematiek willen aanpakken, dan moet dat op een geïntegreerde manier gebeuren. Er is nood aan beleidsmaatregelen die elkaar niet tegenwerken, maar dankzij een coherente en gedeelde visie streven naar gezamenlijke, grensoverschrijdende doelstellingen. Een geïntegreerd mobiliteitsbeleid stopt immers niet aan de grenzen van een gewest. En kan niet tot stand komen in verspreide slagorde, met vier ministers die elk in hun eigen hoekje blijven sleutelen in de marge.

Geen nood aan gold-plating

Willen we verder een doeltreffend mobiliteitsbeleid, dan kunnen we niet voorbij aan de verduurzaming of vergroening van de manier waarop we ons met zijn allen voortbewegen. Als we de klimaatoplossingen op het vlak van mobiliteit een kans op slagen willen geven, dan moeten er, naast een evenwichtig beleid op Belgisch niveau, ook op Europees niveau afspraken worden gemaakt. Als lid van de Europese Unie moeten we die regels omzetten. Maar als kleine, open economie met een groot buitenland, kunnen we ons niet veroorloven heiliger te zijn dan de paus en aan gold-plating doen.

PPS kan uitweg bieden

Tot slot heeft de overheid gezien de precaire toestand van onze begroting geen budget op overschot om grote infrastructuurwerken volledig op eigen kracht te financieren. Daarom lijkt publiek-private samenwerking (PPS), waarbij publieke en private partijen in diverse domeinen en sectoren actief samenwerken steeds meer het aangewezen model om antwoorden te bieden op financieringsvragen. Die vragen duwen de private en publieke partners in elkaars armen.

We moeten trots zijn op het feit dat België vandaag in de top drie staat van meest aantrekkelijke plaatsen in Europa voor de ontwikkeling van transportactiviteiten. Laat ons die positie niet verliezen, maar integendeel nog versterken. Met de bovengenoemde voorstellen is er mijns inziens meer dan genoeg ‘food for thought’.

> Lees ook mijn speech ‘Mobiliteit: de (snel)weg richting welvaart’, die ik hield tijdens de Automotive eMotion Summit 2024.

Deel deze pagina:
Over de auteurs
This site is registered on wpml.org as a development site. Switch to a production site key to remove this banner.