Nieuws 05 maart 2024

13e Ministeriële Conferentie van de WTO: ‘Trade in turbulent times’ …

Vorige week werd de Ministeriële Conferentie van de 166 lidstaten van de Wereldhandelsorganisatie gehouden in Abu Dhabi. Hoewel de WTO twee nieuwe leden verwelkomde (de Comoren en Oost-Timor), was de stemming somber.

De onderhandelingsweek werd immers vooral gekenmerkt door toenemende spanningen tussen een aantal ontwikkelingslanden (met India, Zuid-Afrika, Brazilië en Indonesië op kop) en de ontwikkelde landen (waaronder de leden van de Europese Unie). En dat over gevoelige onderwerpen zoals landbouw en visserij, nationale subsidies voor industrieën en de speciale en gedifferentieerde behandeling die de ontwikkelingslanden genieten.

Het teken aan de wand van die spanningen? De verlenging van het moratorium op elektronische transmissies – dat al meer dan 20 jaar voorziet in het niet heffen van douanerechten op elektronische gegevensstromen (ooit een van de belangrijkste prioriteiten van de EU) – werd slechts enkele uren voor het einde van de conferentie aanvaard, en dan nog voor de laatste keer en voor slechts twee jaar. Daarnaast werd het voorstel van de EU om besprekingen te starten over het verband tussen handel en industriebeleid (inclusief de kwestie van nationale subsidies) of tussen handel en milieu door verschillende ontwikkelingslanden afgewezen. Een ander terugkerend twistpunt binnen de WTO, dat ook tijdens deze vergadering niet werd opgelost, is de verlamming van het systeem voor geschillenbeslechting (voor geschillen die tussen lidstaten kunnen ontstaan), dat voornamelijk geblokkeerd wordt door de weigering van de Verenigde Staten om rechters te benoemen. Het gaat hier om de hoeksteen van het WTO-systeem.

VBO, BusinessEurope en een tiental nationale werkgeversfederaties ontmoeten adjunct-directeur van de WTO Jean-Marie Paugam.

Het VBO woonde de conferentie bij, samen met zijn koepelorganisatie BusinessEurope en een tiental nationale werkgeversfederaties. Het was daarbij belangrijk om te benadrukken dat het Europese bedrijfsleven staat voor multilateralisme en een internationale handelsorde met duidelijke, transparante en niet-discriminerende regels.

Ter herinnering: ondanks de handelsovereenkomsten die de EU met verschillende partners heeft gesloten, valt meer dan 60% van de internationale handel van de EU nog steeds onder de WTO-regels. Het VBO kan de groeiende meningsverschillen over handelskwesties en de langzame uitholling van de WTO-regels dan ook alleen maar betreuren.

Het is echter tevreden met de enkele resultaten van de Ministeriële Conferentie. In het bijzonder met deze laatste verlenging van het moratorium op elektronische transmissies, de nieuwe regels om de handel binnen de dienstensector te vergemakkelijken en het veiligstellen van regels voor intellectuele eigendom (noodzakelijk om innovatie te beschermen en te stimuleren, maar aangevochten door sommige ontwikkelingslanden). Het VBO hoopt dat de leden en het secretariaat van de WTO de komende maanden en jaren besprekingen zullen voeren om het mondiale bestuur van handels- en investeringsstromen in stand te houden en zo mogelijk te versterken en niet te verstoren.  

Het VBO en verschillende leden van het EESC en de US CHAMBER OF COMMERCE in gesprek met V. Dombrovskis, vicevoorzitter van de Europese Commissie.

Deel deze pagina:
This site is registered on wpml.org as a development site. Switch to a production site key to remove this banner.