De federale regering bespaarde tijdens de begrotingscontrole in maart 2023 782 miljoen euro op de overheidsuitgaven. Een van de besparingsmaatregelen die toen werden genomen, betreft het verlagen van de tijdelijke werkloosheidsuitkering van 65% naar 60%, vanaf 2024. Om ervoor te zorgen dat werknemers geen hinder ondervinden van die begrotingsmaatregel, werd besloten dat de ondernemingen een financiële vergoeding (van 5 euro) moeten uitbetalen aan hun tijdelijk werkloze werknemers.
Het VBO heeft die onaanvaardbare maatregel, die inhoudt dat een deel van de besparingen wordt doorberekend aan ondernemingen in de privésector, onmiddellijk veroordeeld. Stelsels van tijdelijke werkloosheid zijn er specifiek op gericht om ondernemingen die zich al in een moeilijke economische situatie bevinden, te ondersteunen en tegelijkertijd de werkgelegenheid te behouden.
De afgelopen jaren konden we vaststellen hoe onvoorspelbaar een crisis kan zijn, of het nu gaat om een gezondheids-, geostrategische, klimaat- of energiecrisis, en vooral welke impact zo’n crisis heeft op ondernemingen. Om die opeenvolgende crisissen het hoofd te bieden, zijn stelsels van tijdelijke werkloosheid voor onze ondernemingen van essentieel belang.
Naar aanleiding van die begrotingscontrole werd een wet over het principe van verplichte compensatie goedgekeurd door het parlement en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad (23 november 2023). In die wet wordt bepaald dat werknemers op kosten van hun werkgever (of op kosten van een sectoraal fonds) recht hebben op een vergoeding van 5 euro per dag in de vorm van een tijdelijke werkloosheidsuitkering (behalve in het geval van tijdelijke werkloosheid wegens overmacht).
Voor werknemers die meer dan 4.000 euro per maand verdienen, geldt het recht op die uitkering pas vanaf de 27e tijdelijkewerkloosheidsdag (behalve bij tijdelijke werkloosheid wegens overmacht). Alle tijdelijkewerkloosheidsdagen per jaar bij dezelfde werkgever worden daarvoor meegeteld. Het plafond van 4.000 euro zal jaarlijks worden aangepast in lijn met de jaarlijkse aanpassing van de loongrenzen in de wet betreffende de arbeidsovereenkomsten.
Alleen sectoren en/of ondernemingen die vandaag al een percentage van het loon waarborgen, hoeven de toeslag niet te betalen, omdat die al in de formule is opgenomen (wanneer de werkloosheidsuitkering daalt, wordt dat onmiddellijk doorberekend in de toeslag om hetzelfde vervangingspercentage te behouden).
VBO – De wettekst is onvolledig en er rijzen nog heel wat vragen over de interpretatie, met name inzake de berekening van het plafond van 4.000 euro en de eventuele vrijstellingen. Het VBO blijft fel gekant tegen deze nieuwe verzwaring van de financiële lasten voor ondernemingen in economisch ongunstige omstandigheden. Het betreurt ook dat de wettekst nog heel wat praktische vragen oproept en voor verschillende interpretaties vatbaar is naargelang het standpunt van de sociale partners in de ondernemingen. Het risico bestaat dat de gespannen sociale betrekkingen zo nog wat meer onder druk komen te staan in de aanloop naar de volgende sociale verkiezingen. De regeling zal op 1 januari 2024 in werking treden.
Lees meer artikels over:
