De wereld als thuismarkt
90% van de toekomstige economische groei zal buiten de grenzen van Europa plaatsvinden. Als we onze welvaart willen verzekeren, moeten onze bedrijven zich dus richten tot overzeese markten met groeipotentieel. Om daarin te slagen, moet eerst en vooral voldaan worden aan één basisvoorwaarde: een sterke concurrentiepositie. Een terugkerend pijnpunt waarop het VBO regelmatig hamert. Anderzijds moet alles in het werk gesteld worden om de toegang tot derde markten te bevorderen. En in deze turbulente geopolitieke tijden rekenen we daarvoor nog meer dan ooit op de steun van ons diplomatieke korps.
Deze week vonden de ‘Diplomatieke dagen’ plaats, de jaarlijkse bijeenkomst van de Belgische diplomatie, om de prioriteiten op het vlak van buitenlands beleid te bepalen en een reeks discussies te houden over actuele onderwerpen waarmee onze diplomaten geconfronteerd worden. De agenda werd natuurlijk gedomineerd door het woelige internationale toneel. Toch werd ook ruim de tijd genomen voor de uitdagingen op het vlak van economische diplomatie, van bijzonder belang voor België als een van de meest geglobaliseerde landen ter wereld.
Toenemende bevolkingsaantallen in het Midden-Oosten, Afrika en de Indo-Pacific, samen met een stijgende vraag naar hoogstaande producten en diensten, zorgen er onder meer voor dat de groei zich de komende decennia in die regio’s zal bevinden. Die groeimarkten aanboren is natuurlijk een mooie opportuniteit voor onze bekende en minder bekende kampioenen die uitblinken in hun domein. Maar het is ook een absolute noodzaak geworden als we willen meeprofiteren van die groei en onze welvaart op peil willen houden.
Overwinnen van obstakels
De weg naar het buitenland is echter geen ‘walk in the park’. Die weg ligt bezaaid met tal van obstakels. Met de oorlog in Oekraïne en het conflict in het Midden-Oosten in het achterhoofd, denken we onmiddellijk aan alle geopolitieke spanningen. Maar ook andere actuele tendensen zoals handelsoorlogen, overheidsinterventionisme, subsidieprogramma’s en andere protectionistische reflexen maken het internationaal zakendoen allesbehalve evident. Een belangrijke rol is daarin weggelegd voor onze diplomaten die, samen met onze internationale bondgenoten, oplossingen moeten zoeken voor al die knelpunten die internationale handel belemmeren.
Bovendien worden bedrijven meer en meer getroffen door allerlei verplichtingen als ze internationaal actief willen zijn. Denk maar aan de economische sancties, exportcontroles, due diligence en ESG-rapportage. Ons diplomatieke korps kan ook daarbij de functie van informatieverstrekker op zich nemen en bedrijven door al die complexiteit loodsen.
Toegang tot derde markten verbeteren
Door al die obstakels zouden we bijna de echte uitdagingen in de ‘core business’ van internationaal zakendoen vergeten: je moet je inwerken in de wetgeving van elk land, de lokale gewoontes en de bedrijfscultuur, je moet perfect op de hoogte zijn van de noden en de wensen van de lokale markt en je moet het vertrouwen winnen om lokale partnerschappen te sluiten. Ook op dat vlak rekenen we op de steun van de economische diplomatie, samen met de handelsagentschappen van de gewesten, om deuren te openen in het buitenland. In dat kader hechten wij als werkgeversorganisatie dan ook bijzonder belang aan de economische missies onder leiding van prinses Astrid. Die missies bevorderen de toegang tot nieuwe markten over de hele wereld en maken het voor Belgische ondernemingen veel gemakkelijker om informatie te verzamelen of contacten te leggen met potentiële klanten of partners.
Onze diplomatieke posten wereldwijd fungeren bovendien ook als de voelsprieten op het terrein, waarmee ze niet alleen de nieuwste trends nauwlettend opvolgen maar ook nieuwe zakelijke kansen detecteren en zo onze bedrijven kunnen informeren over bijvoorbeeld nieuwe investeringsprojecten.
Dat de bedrijven de weg naar het buitenland blijven vinden, is een ontzettend goede zaak: zoals we eerder schreven, is internationale handel niet langer een opportuniteit, maar een absolute noodzaak geworden voor een open economie als de onze. Zo was vorig jaar ruim 94% van het Belgische bbp afkomstig van uitvoer. Omdat internationale handel dus cruciaal is voor onze open economie en om de complexe economische en geopolitieke werkelijkheid te duiden, publiceert het VBO tweemaal per jaar zijn ‘Focus International Trade’. De editie van dit najaar kan u hier ontdekken.
