Op 7 en 8 december hielden de Europese Unie en China hun 24e top in Peking. De EU werd vertegenwoordigd door voorzitter van de Europese Raad Charles Michel, Commissievoorzitter Ursula von der Leyen en hoge vertegenwoordiger Josep Borrell. Zij ontmoetten de Chinese president Xi Jinping en de Chinese premier Li Qiang in twee aparte sessies om de betrekkingen tussen de EU en China te bespreken na een periode van intensievere bilaterale contacten en dialogen. Hieronder vatten we de conclusies samen van de besproken thema’s, waaronder de handels- en economische betrekkingen en diverse huidige internationale kwesties.
1. Handels- en economische betrekkingen: richting een gelijk speelveld
De EU en China zijn belangrijke handelspartners met een dagelijks goederenverkeer van 2,3 miljard euro. Met een handelstekort van de EU van bijna 400 miljard euro is die relatie echter kritisch en structureel uit balans. De EU uitte dan ook haar bezorgdheid over de onderliggende verstoringen en de negatieve gevolgen van de overcapaciteit in de Chinese economie. Beide partijen waren het erover eens dat het in hun gemeenschappelijk belang is om evenwichtigere economische betrekkingen te onderhouden, met een gelijk speelveld en wederkerigheid.
De EU verwacht dat China concretere maatregelen neemt om de markttoegang en het investeringsklimaat voor investeerders en exporteurs uit de EU te verbeteren. De EU herinnerde eraan dat ontkoppeling, maar niet risicovermindering, wordt beoogd, door kritieke afhankelijkheden in specifieke sectoren aan te pakken, met volledige inachtneming van de regels van de Wereldhandelsorganisatie.
De EU onderstreepte ook dat er vooruitgang moet worden geboekt bij het aanpakken van de kernbelangen van de EU en de reeds bestaande eisen, met name wat betreft de transparantie van het ondernemingsklimaat, voorspelbare toeleveringsketens, handelsverstoringen met inbegrip van industriële subsidies, en sectorspecifieke handelsbelemmeringen.
2. Internationale kwesties: samen tegen oorlog, klimaatverandering en dwangarbeid
De EU benadrukte dat ze de bevolking van Oekraïne wil blijven steunen. De EU drong er bij China op aan geen dodelijke wapens aan Rusland te leveren en te helpen voorkomen dat Rusland sancties omzeilt.
De EU stelde ook de vorderingen van China op het gebied van hernieuwbare energie en de samenwerking aan een internationaal pandemieverdrag vast. De EU moedigde China aan om de capaciteit voor hernieuwbare energie te verdrievoudigen, de energie-efficiëntie tegen 2030 te verdubbelen en mee te doen aan het mondiale methaanpact.
Bovendien herhaalde de EU haar diepe bezorgdheid over de mensenrechtensituatie in China, en met name over de systematische schendingen van de mensenrechten in Xinjiang en Tibet, over de dwangarbeid en over de behandeling van mensenrechtenactivisten en minderheden. De EU wees ook op de toenemende spanningen in de Straat van Taiwan en de Oost- en Zuid-Chinese Zee.
Voor de persmededeling van de Europese raad klik hier.
VBO – Het VBO steunt de voortzetting van een open maar standvastige dialoog tussen de Europese Unie en China. De Chinese markt biedt veel kansen voor onze ondernemingen maar de huidige asymmetrische economische betrekkingen moeten verbeteren door met name de toegang tot de Chinese markt te vergemakkelijken en te zorgen voor gelijke concurrentievoorwaarden. Bovendien heeft de algemene verslechtering van het ondernemingsklimaat in China een impact op toekomstige investerings- en handelsbeslissingen. Verder moet de reikwijdte van de nieuwste Chinese wetgeving (bv. inzake nationale veiligheid) verduidelijkt worden om buitenlandse bedrijven gerust te stellen. Die wijzigingen in de regelgeving kunnen de duediligenceverplichtingen van buitenlandse ondernemingen in China namelijk bemoeilijken. Ten slotte steunt het VBO de benadering van de Europese Commissie om de economische betrekkingen met China minder risicovol te maken. De analyse van buitensporige strategische afhankelijkheid moet echter worden gebaseerd op objectieve feiten en cijfers. Elke overheidsinterventie in de waardeketens van onze ondernemingen moet proportioneel zijn, door dwingende redenen van economische veiligheid worden gerechtvaardigd en aan nauw overleg met de privésector worden onderworpen.
Lees meer artikels over:
