Verdere stappen in de hervorming van het insolventierecht
Om de economische gevolgen van de coronacrisis op te vangen, zijn reeds meerdere stappen gezet op het gebied van het insolventierecht. Bij het uitbreken van de coronacrisis werd voor de eerste keer een faillissementsmoratorium ingevoerd. Eind 2020, tijdens de tweede coronagolf, werd dit moratorium opnieuw geactiveerd.
Met de wet van 21 maart 2021 werd een volgende belangrijke stap gezet. Die wet voorziet in een versoepeling van de toegang tot de gerechtelijke reorganisatie en in de mogelijkheid voor de schuldenaar om op discrete wijze een gerechtelijke reorganisatie voor te bereiden, in overleg met zijn schuldeisers en onder begeleiding van een onafhankelijke gerechtsmandataris. De duurtijd van die maatregelen was oorspronkelijk beperkt tot 30 juni 2021. Het VBO verwelkomt het initiatief van de regering om die periode te verlengen tot 16 juli 2022.
De derde stap is de omzetting van de Herstructureringsrichtlijn. Met die richtlijn beoogt de Europese wetgever een minimumharmonisatie van het insolventierecht, wat moet bijdragen aan het functioneren van de interne markt en de kapitaalmarktenunie.
De richtlijn kent de Lidstaten een belangrijke omzettingsmarge toe. Vaststaat evenwel dat het Belgische insolventierecht op bepaalde vlakken ingrijpend zal wijzigen. Zo voorziet de richtlijn in een indeling van schuldeisers in categorieën van schuldeisers met het oog op de stemming van het herstructureringsplan en grijpt de richtlijn in op de rechten van aandeelhouders van ondernemingen in moeilijkheden.
Gelet op het belang van deze oefening, heeft de Belgische wetgever beslist om voldoende tijd te nemen voor de omzetting. De omzetting naar Belgisch recht is voorzien voor de eerste helft van 2022. Het VBO volgt de werkzaamheden in dit verband nauwgezet op.